Amerikanen strijken met de eer op London Calling-vrijdag

Slow ClubVreemd. Met twee aanloop-avonden zou deze tweede London Calling van 2008 allang opgewarmd moeten zijn. Maar de openingsact van de eerste volwaardige avond op vrijdag is het nogal lauwe jongen-meisje duo Slow Club. Charles op galmende surfgitaar, Rebecca (foto rechts) staand achter een kleine drumkit. Samen zingen ze schattige folky liedjes, soms met een neurotische uithaal à la Los Campesinos! Op z'n best charmant, maar geen spectaculaire opener van deze alweer lang van tevoren uitverkochte avond. De echte opwinding volgt pas enkele uurtjes later.

De grote vragen voor deze aflevering van het 'Britse' festival in Paradiso, terwijl de Britpop al even niet meer in een hausse als die van enkele jaren terug verkeert. Is de spoeling binnen de Britse popmuziek nog zo dik genoeg dat maar liefst vier avonden London Calling gerechtvaardigd is? En wat gaat precies de rol zijn van enkele Nieuw-Zeelandse en Amerikaanse acts op deze editie?

Om eerlijk te zijn: wat betreft die eerste vraag slaat op deze nogal matige vrijdagavond de twijfel toe. Dat begint al bij The Late Greats in de grote zaal, de eerste gitaarband van de avond in een te lange reeks 'niet heel slecht, maar oh zo doorsnee'. De erg hard meppende drummer en de zwaar vervormde bas van dit olijke kwartet houden de aandacht er nog enigszins bij, maar liedjes konden we ons twee uur later al niet meer herinneren. Greats? Niet echt. Late? Ze waren dik op tijd. Of betekent Late hier 'wijlen'. Was deze band voorheen dan wel fantastisch? Ja ja, allemaal gedachtes die door je hoofd spoken als stevige gitaarliedjes op hoog volume maar niet willen doordringen. Ook het binnenstromende publiek staat erbij en kijkt ernaar.

Wel uiterst doordringend: de lekkere dark & gloomy sfeer die The Pan I Am (archieffoto) weet te creëren. En die ongezelligheid in z'n puurste vorm staat the morning after nog wel helder voor de geest. The Pan I Am is het nieuwe vehikel van Edward Larrikin, die vorig jaar nog in het vrolijke bandje Larrikin Love speelde. Als een woord niet van toepassing is op dit optreden van The Pan I Am, dan is het wel vrolijk. Zware, duistere grooves à la The Birthday Party met horrorcello en Edward die met manische blik, heliumstemmetjes en spastische bewegingen zijn publiek de stuipen op het lijf jaagt. Net nog wat meer afwisseling tussen hard en zacht en muzikanten die zich niet puur op hun instrumenten richten, en The Pan I Am kan zowaar een geváárlijke band worden voor een geselecteerd publiek.

Een groter contrast met de luchtige, lekkere hap-slik-weg popsingles van Nieuw-Zeelandse blondine Ladyhawke is bijna niet mogelijk. Mevrouw Pip Browne beschikt beslist over enkele sterke popsingles, zoals My Delirium en Paris Is Burning, dat wekenlang bovenaan de Kink 40 van Kink FM stond. Naar haar show op London Calling werd dan ook met hoge verwachtingen uitgekeken. Wordt dit een doorbraak? Jammer de bummer: haar instant hits krijgen op London Calling volstrekt nietszeggende, vlakke uitvoeringen mee van een krampachtige zingende Browne en haar wel soepel spelende (sessie)begeleiders op gitaar en drums. Energie, spelplezier, sprankelende podiumpresentatie, goede zang (!): deze broodnodige ingrediënten voor dit soort muziek schitteren stuk voor stuk door afwezigheid. Zonde.

Kan ook een goeie schop onder z'n kont gebruiken, maar blijft wel intrigeren: de markante kop en diepe stem van de 19-jarige Ben Garrett uit Londen, spil rond FrYars. In z'n grijze pak met een kapsel als Pet Shop Boy Neil Tennant in z'n jonge jaren, ziet hij er veel ouder uit. Ook z'n excentrieke stem verraadt zijn jonge leeftijd niet, afwisselend diep en huilend, als een kruising tussen Robert Smith, Depeche Mode's Dave Gahan en hedendaagse dandy Patrick Wolf. Pakkende elektroliedjes glijden de kleine zaal in, maar de hele act is wat te netjes en statisch om écht iets los te maken. Desondanks een naam om in de gaten te houden. 

White Lies schijnt na een eerder optreden op Lowlands aan de vooravond van de grote doorbraak te staan, maar op puur muzikale gronden kun je daar (zoals wel vaker) je vraagtekens bij zetten. In de slipstream van een Editors zijn echter al heel wat zieltjes gewonnen, al zijn jaren tachtig pathos en dramatiek bij die band of bij een Interpol in betere handen. Een fraai, maar al vaker gezien podiumplaatje laat White Lies wel zien: stemmige zwarte pakken en veel wit achtergrond licht. Degelijke rockshow met ook al degelijke liedjes, maar de ware passie en grote gebaren ontbreken. 

White DenimDe echte vreemde eend in de London Calling-bijt van deze avond komt uit Austin, Texas en blaast de kleine zaal van de sokken met trashy garage rock 'n roll boordevol onnavolgbare breaks en knappe wiskundige ritmes. De drummer zit niet voor niets midden vooraan het podium. White Denim (foto rechts) is de naam en versleten metaforen als 'wervelstorm' of 'verwoestend' lijken voor deze muziek uitgevonden. Een link met Groot-Brittannië? Volkomen afwezig. Waarom staat White Denim dan op London Calling? Geen idee, maar wat maakt het nog uit als deze band op afstand het beste, meest overrompelende optreden van de avond geeft? Geen enkele Brit deze avond zo in z'n muziek zien opgaan als deze drie Amerikanen.

Het maakt het hierop volgende optreden van The Courteneers trouwens alleen maar meer doorsnee: bij vlagen is de middelmaat van hun pubrockliedjes zelfs stuitend. Ieder liedje geschreven volgens iedere regel in het Britpop-boekje, inclusief hitje Not Nineteen Forever. Al zo vaak gezien en gehoord op London Calling, en dan nog stukken beter ook. Dat een halve kolkende zaal alles woord voor woord meezingt, mag een wonder heten.

IJzersterk startend en toch nog verzandend in nare middelmaat: de rock 'n roll van de vier mannetjes die zich The Hot Melts noemen. Openingsnummer I Wish I Had Never Been In… (check MySpace) schakelt perfect heen en weer tusen harde punkrock en een typisch Brits meezingrefreintje. Helaas blijkt dit de toevalstreffer in het oeuvre: de rest van de liedjes komt nog niet in de buurt van deze knaller. Desondanks is een contract bij punklabel Epitaph binnen.

Late Of The PierHet is dan aan 'headliner' Late Of The Pier (ouder fotootje links) gepromoveerd van de bovenzaal in april naar de grote zaal, om na het virtuoze geweld van White Denim de Britse eer op London Calling hoog te houden. We kunnen een zucht van verlichting slaken: dat lukt met een opruiende set vol elektrorock- en punk. De heftig voortrazende beukritmes, harde gitaarriffs, een enkele verdwaalde hardrocksolo en zowel zoemende als gillende synthesizers maken de massa vooraan gek. De standaard met blokken hout en een gitaar worden tegen het einde onverbiddelijk tegen de grond gesmeten en de crowdsurfers hebben eindelijk echt een goede reden om het podium op te zoeken. "Well Amsterdam, that was fun!" horen we na afloop. Insgelijks, en Late Of The Pier zien we vast terug op de komende grote zomerfestivals.

Late Of The Pier was de afsluiting die deze wat tamme vrijdagavond nodig had. Na zaterdagavond, met onder meer de Schotse hoop in bange dagen Glasvegas en oude bekende Bromhead's Jacket, hopen we het antwoord op de vraag over die dikkere of dunnere spoeling definitief te geven.

Hebben we overigens nog iets gemist aan Trouble Andrew en Maths Class? Ik had vroeger al een bloedhekel aan wiskunde…

Lees ook het verslag van de warming-up avond van woensdag en van de zaterdag.

facebook share facebook share

6 Reacties // Reageer

6 thoughts on “Amerikanen strijken met de eer op London Calling-vrijdag

  1. patrick

    Wat was dat een saaie bedoeling gisteren.
    Alleen Late Of The Pier was goed.
    De rest was diep triest.

      /   Reply  / 
  2. Mack

    Programmering van 4 dagen London Calling viel uiteindelijk vies tegen. Een paar uitzonderingen daargelaten. Maar over het algemeen middelmatige nietszeggende bandjes. Terwijl er toch genoeg goede onbekende Britse bands zijn. Op deze manier is de spanning er wat mij betreft wel af. Of terug naar twee dagen met bands van nivo of tijd voor iets nieuws.

      /   Reply  / 
  3. Hans

    Ik was er alleen vrijdag, want zaterdag naar MGMT/A Place To Bury Strangers. Heb spijt dat ik vrijdag niet naar Okkervil River in de Melkweg ben gegaan. Dan had ik vast een leukere avond gehad en had ik net Late of the Pier nog mee kunnen pikken.

    Eén ding is duidelijk: na een aantal sterke jaren ligt de Britse indie enigszins op z’n gat. Misschien wordt het tijd voor een Brooklyn/Austin Calling. Want de interessante indie komt tegenwoordig uit de USA.

      /   Reply  / 
  4. Hans Vrijmoed

    Trouble Andrew: wannabe Kid Rock. Misplaatst op LC.

    Math Class: lightversie van Late of the Pier.

    Je bent op tijd weggegaan. :)

      /   Reply  / 
  5. Stef

    Agreed on The Pan I Am en FrYars, wat mij betreft de namen deze London Calling! Zeer sterk. En Britpop ligt niet op z’n gat, maar dat gaat wel zo lijken natuurlijk als je bands terughaalt die iedereen al heeft gezien en dan ook nog hype bands programmeert die het gewoon niet waar kunnen maken (en waarvan je het enigszins vooraf had kunnen voorspellen…). Dan blijven er weinig nieuwe dingen over, en bij nieuwe dingen is het altijd de vraag of ze goed zijn. Programmeer echter meer nieuwe dingen (ipv de oude) en buzz ipv hype bands en je hebt een beter moyenne wat betreft nieuw talent uit Engeland. ;)

      /   Reply  / 
  6. Frank

    En dan moet je je voorstellen dat dit het eerste echt optreden was van The Pan I Am!

      /   Reply  / 
  7. Pingback: De concerten van 2008 | Alternative

  8. Pingback: London Calling 2009: Little Boots, Chrome Hoof, Grampall Jookabox | Alternative

  9. Pingback: White Denim komt met tweede album Fits | Alternative

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>