Pinkpop, de zondag: Nederland wint dankzij De Staat en Kyteman

“Wij willen graag Bruce Springsteen bedanken voor zijn fantastische voorprogramma.” De Staat-frontman zegt het op de juiste flauwe, droge toon met sarcastische én tevreden grijns op z’n gezicht, even na een uur ‘s middags. Onzin natuurlijk. Maar de Nijmeegse rockband is intussen na een half jaartje waarin het bijzonder hard is gegaan met de faam, wel uitverkoren om de tweede Pinkpop-dag op het 3FM-podium te openen. En dat is volgens de band ‘een fucking grote eer’. De felle gretigheid die al volop te zien was bij de eerste uitverkochte clubshows van de band, spat dan ook drie kwartier van dit optreden af. Hier valt immers wat te bewijzen, dus zoeken bassist, toetsenist/koebelrammer en zelfs de drummer geregeld het publiek zo dicht mogelijk op. Genoeg Pinkpoppers kennen debuut Wait For Evolution zo te zien al, gezien de respons, meezingende monden en klappende handen.

De live stukken vuiger en dynamischer gespeelde zompige rocknummers van de band in combinatie met die gretige houding, maakt dat het veld in no time is ingepakt. Wie nog niet wakker is, wordt het wel met een sterk opgerekt Meet The Devil met gemene riff of swingende radiohit The Fantastic Journey Of The Underground Man. Wie de nummers van de plaat al kan dromen, wordt bediend met de afgelopen maanden nieuw bedachte intermezzo’s, zoals een vleugje reggae in My Blind Baby of meer spanningsopbouw en gefröbel met een antenne in single Wait For Evolution. Na deze vroege, maar ogenschijnlijk zo achteloos sterke set op Pinkpop, moeten aankomende optredens op Parkpop, Sziget, Lowlands en tal van andere festivals een eitje zijn.

Op weg naar een volgende Nederlandse act die Pinkpop mag veroveren, zou je bijna wandelend in slaap vallen bij de zoete, tandeloze folkpopliedjes van de ook al onopvallend ogende Belg Milow op het hoofdpodium. Het is zacht, lief en vervliegt over de voormalige drafbaan. Kijken naar hoe het gras op het veld groeit is spannender, en dan die zo succesvolle 50 Cent-cover Ayo Technology oprekken tot een minuut of acht, is een doodzonde. “50 Cent schijnt negen kogelgaten in zijn lijf te hebben, Milow kan er wel een paar gebruiken”, verschijnt op gegeven moment op Twitter. Niemand moet dood of zwaargewond, maar het is niet gek dat deze softienonsens op Pinkpop zulke reacties oproept.

Geen gezapigeheid, maar avontuur en spanning willen we, en daarvoor staat gelukkig Kyteman’s Hiphoporkest in de tent, dik 20 man en vrouw sterk. Deze Pinkpop-show wordt al gauw een bekroning op de clubtour van afgelopen maanden: Colin ‘Kyteman’ Benders is uiteraard de baas leidt als een ware dirigent zijn band vol strijkers, blazers en twee handen vol rappers. De combi van zoveel zielsgelukkige mensen op het Pinkpoppodium, aanstekelijke toeters en blaaspartijen, de creatieve, erg muzikale, jazzy hiphop die meestal geen pure hiphop is en gevarieerde raps maakt dat het publiek binnen de kortste keren tot buiten de tent staat te joelen en met de handen staat te zwaaien.

Een jamsessie in een festivalset is vaak bloedjelink; wat als de aandacht van het publiek verslapt? Maar deze slaagt bijzonder en het publiek laat merken het goed te vinden. Veni vidi vici heet dat, zeker als hoogtepunt van The Hermit Sessions, Put On A Whistle On It, zonder instrumenten maar met slechts stemgeluiden en gefluit wordt uitgevoerd als kleine toegift. Moeilijk om dit te doen in een rumoerige tent en met zoveel microfoons, maar de tent wordt er nota bene stil van. Tomeloze gretigheid, pure vreugde in muziek maken, wilskracht en het bewustzijn dat het publiek op Pinkpop nog te veroveren is: het maakt dat het nieuwe Nederlandse bloed op deze Pinkpopzondag in de vorm van De Staat en Kyteman voor de ware hoogtepunten zorgt.

Een hoogtepunt hoef je immers beslist niet van lompe harde rockband Volbeat uit Denemarken te verwachten. Unique selling point van deze band zou een zanger zijn die een keel als Elvis Presley kan opzetten, maar dat horen we verdacht weinig. Wel veel eendimensionale, platte rock met derde- tot vierdehands gitaarriffs en tot vervelens toe ‘make some noise’ en ‘I can’t fucking hear you!!’. Hoe inwisselbaar ook – zijn alle goede rockriffs echt al eens bedacht? -, toch is er voor dit soort bands altijd een groot, enthousiast publiek, ook op Pinkpop.

Twee Britse bands bevolken later op de middag het tentpodium: zowel de The Jam-adepten van The Rifles als de Joy Division en Echo & The Bunnymen-liefhebbers van White Lies mogen zich bewijzen. The Rifles is de band met de pakkende en vrolijke Britpopliedjes. Zeker de strak en bondig gespeelde nummers van debuut No Love Lost (Peace and Quiet, Local Boy) luisteren heerlijk weg, maar het ontbreekt de Londenaren op dit festival aan uitstraling, een zeker enthousiasme of sprankeling. Stokstijf staan ze, nog niet helemaal wakker zo lijkt het wel. Alleen wat liedjes spelen en meer niet; dat moet op een groot festival zelfs wel iets meer zijn.

Qua festival-meeklapmomenten en goeie showelementen zit het bij White Lies even later dan wel goed. Op het debuutalbum komt deze zichzelf veel te serieus nemende band niet verder dan overdreven klagerige en aanstellerig jatwerk met een geforceerde hang naar dood en begrafenissen. ‘Laten we in ieder liedje het woord die, dead of dying’ stoppen, dat staat zo lekker depressief, vinden de mensen leuk.’ Maar toegegeven: live is de band sinds Lowlands vorig jaar enkele clubshows flink gegroeid. Hier staat een zelfverzekerde band een strakke, dynamische show met strategisch geplaatste meebrul- en -klapmomenten te geven, voor een uitzinnig publiek dat de neppig dramatische teksten slikt voor zoete koek. Op de vele andere festivals die White Lies komende zomer nog voor de boeg heeft, zal de band dan ook een hit zijn, terecht of niet.

De jonge zwartkijkers tippen echter lang niet aan de olijke Britten op leeftijd van skapopband Madness, die direct een hossende menigte en tientallen bierfonteinen veroorzaken met legendarische openingsnummers One Step Beyond en Embarrasment. Zanger Suggs in roze pak is blij dat hij voor de menigte in de brandende zon staat. “We stonden in 1981 al eens op Pinkpop, dat is alweer 247 jaar geleden!’ Intussen is er wel een nieuwe, behoorlijk vitaal klinkende plaat uit, getiteld The Liberty of Norton Folgate. Die verse liedjes veroorzaken uiteraard niet zo’n euforie als de in nostalgie gedrenkte hits Baggy Trousers, It Must Be Love of House Of Fun tegen het einde van de set, maar met een beetje mazzel horen flink wat feestbeesten in het publiek die Kaiser Chiefs een originele band vinden nu eens waar die de mosterd hebben gehaald. Een gouden greep om Madness op deze jubileumeditie van Pinkpop te boeken; op Kyteman na het leukste feestje van de dag.

Invaller Krezip (laten we het in vredesnaam niet over een ‘vervanger‘ van het gecancelde Depeche Mode hebben) sluit niet aan op de Nederlandse zegetocht eerder op de dag, die Pinkpop voorzagen van pit en avontuur. Het blijft verder een beetje lullig. Amy Winehouse zegt af voor Pinkpop, twee jaar terug? Bel Krezip. Depeche Mode valt uit en zelfs Live is door een paspoortkwestie niet te strikken? Trommel Krezip nog een keer op. Natuurlijk zijn de jonge, vooral vrouwelijke fans die geen dagkaart speciaal voor Depeche Mode hebben gekocht er behoorlijk blij mee. Wellicht had de band die op afscheidstour is er ook gewoon al bij voorbaat moeten staan. Nog een keer meeblèren met alle Krezip-hits op het festival waar de roem voor de Tilburgse band rond Jacqueline Govaert begonnen is. Toch lijkt dit meer op het zoveelste gangbare Krezip-concert, dan op een ware, emotionele afscheidsshow.

Als al die liedjes op een rijtje nog eens voorbijkomen – van You Can Say via I Would Stay tot Plug It In And Turn Me On -, valt nog eens goed op hoe luchtig en oppervlakkig de radiopop van de band altijd gebleven is. De evolutie van jong springerig punky bandje naar radiovriendelijke popgroep is altijd een jammere geweest. Tekenend: uiteraard moet er als goede bedoeling/extra zout in de wonde (haal zelf door wat niet van toepassing is) Depeche Mode gecoverd worden. Oude, ultieme hit Just Can’t Get Enough in dit geval. Depeche Mode maakte na deze en andere hits de ontwikkeling door tot grote, volwassen, serieus te nemen groep die het inmiddels al jaren is. Zo’n ontwikkeling heeft er voor Krezip waarschijnlijk sowieso niet ingezeten, met alsmaar oppervlakkiger muziek. Neemt niet weg dat Krezip het veld veel beter in beweging krijgt dan het tot afsluiter gepromoveerde Placebo later op de avond. Vooruit: had dan de afsluitende Depeche Mode-spot ook meteen aan Krezip gegeven.

Want na een van begin tot eind woest beukend, in dit geval lékker plat Pendulum – Prodigy-achtige beats, geluiden en felheid in een uitzinnige tent -, heeft Placebo (foto) niet de grote, enorm meeslepende set in huis die past bij de dagafsluiting van een groot festival. Niemand verlangt natuurlijk dat er euforie wordt gekweekt zoals Bruce Springsteen dat een avond eerder deed, maar met nieuw album Battle For The Sun op komst en zes of zeven nieuwe nummers daarvan in de eerste uur van de set, maakt Placebo het het grote veld niet makkelijk. Ook de nieuwe look van frontman Brian Molko is even wennen: hij lijkt met bakkenbaarden en paardenstaart opeens griezelig veel op Antonio Banderas.

Hebben het daarmee over een slecht Placebo-optreden? Nee, zeker niet. Want de nieuwe nummers klinken weliswaar wel vertrouwd, maar beschikken ook weer over een bepaalde urgentie; je hoort dat Molko het nog steeds meent. De gitaarmuur van Placebo staat robuuster dan ooit overeind, horen we onder meer in sterke single For What It’s Worth en titelnummer Battle For The Sun, dat ingetogen begint. Intussen blijkt nieuwe slagwerker Steve Forrest blijkt een strak meppend, getatoeëerd drumbeest en zorgt een ijzig kijkende, blonde violiste/toetseniste voor verdere verrijking van het livegeluid. Het nieuwe werk laat horen dat de persoonlijke strubbelingen van Molko nog niet hoeven te vervelen. Intussen doen oudere hits Every You And Every Me, Special K., Taste In Men en het heel oude Bionic (van het debuut) het uitstekend. Dat zijn de momenten dat Placebo zich wel even afsluiterwaardig toont, voor de rest blijft er een nog altijd zeer degelijke show over. Dat kan een flinke leegloop vanaf het veld richting campings echter niet voorkomen.

Het vooruitzicht op véél te véél magere en zouteloze 3FM-pop op de Pinkstermaandag (Script, Kooks, Ting Tings, Keane, Novastar, etc.), doet na deze nog heel aardige zondag besluiten de trein richting huis te pakken. Je kunt een feestje immers het beste verlaten als het nog leuk is, niet waar? Komende herfst vernemen we ongetwijfeld alweer waar Pinkpop in 2010 voor de 41ste editie mee op de proppen komt.

Foto Placebo: Erik Luyten

facebook share facebook share

2 Reacties // Reageer

2 thoughts on “Pinkpop, de zondag: Nederland wint dankzij De Staat en Kyteman

  1. Zeepsop

    Prima verslag, ik heb bijna hetzelfde gezien en grotendeels dezelfde indrukken opgedaan. Alleen ipv naar the Rifles (al te vaak gezien) even naar lieflijke Maria Mena geweest, waar de met hartzeer doordrenkte hit Just Hold Me enthousiast werd meegezongen. Toch paste het niet helemaal bij de setting van zon en de glamoureuze outfit van Maria om echt gemeend over te komen.
    Na de adrenaline rush van Pendulum was Placebo inderdaad niet in staat je bij de strot te grijpen, hoe graag ik het ook wilde. Dat bewaren we maar voor een ander moment.
    Keane speelde trouwens ook op zondag

      /   Reply  / 
  2. Seth

    Niet mee eens, ik vond Placebo DE beste Pinkpop act… zeer aangenaam optreden en erg energiek.

      /   Reply  / 
  3. Pingback: Review: Placebo - Battle For The Sun | Alternative

  4. Pingback: Hossen in de HMH: Dropkick Murphy’s en Madness naar A’dam | Alternative

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.

De volgende HTML tags en attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>